Expreso Oriental naar de Chiquitos

We verblijven twee weken in Cochabamba en als we bepakt richting de busterminal lopen merken we dat we ons er thuis zijn gaan voelen. Na Potosí, Sucre, La Paz en Cochabamba hebben we wel even genoeg van de steden. We hebben behoefte aan de dorpjes, watervallen, oerwoud en het langzame leven van het uitgestrekte noorden en oosten van het land. Maar om daar te komen moeten we eerst naar Santa Cruz de la Sierra, nota bene Bolivia’s grootste stad. Van wat we gelezen en gehoord hebben is Santa Cruz niet de meest aantrekkelijke plek. Als we een kamer gevonden hebben en door de stad lopen om iets te eten kunnen we dat alleen maar bevestigen. Rede genoeg om snel plannen te maken voor een trip door de missiedorpjes in de Chiquitos. En hier biedt de stad een groot voordeel: Santa Cruz is het beginstation van één van de enige twee actieve spoorlijnen van het land. Na alle busritjes nemen we voor het eerst deze reis de trein.

Expreso Oriental

De Expreso Oriental doet er zes uur over om de 275 kilometer naar San José de Chiquitos af te leggen. En terwijl de snelheid de vijftig kilometer per uur nooit overschrijdt komen we met z’n allen regelmatig los van onze stoelen. Met dank aan het niet al te best onderhouden spoor. Het missiecomplex van San José is een van de mooiste van het land en het dorp ligt er – mede door de UNESCO steun – schilderachtig bij. Om een gevoel te krijgen voor de omgeving volgen we een pad richting een uitzichtpunt buiten het dorp. Het klimaatverschil met het westen van het land wordt snel duidelijk als het pad begint te stijgen. We zweten non-stop door de brandende zon en de hoge luchtvochtigheid. Vanaf het uitzichtpunt kijken we uit over San José de Chiquitos dat lijkt te zijn opgeslokt door het eindeloze woud. Enkele tientallen meters lager vliegen toekans van boomtop naar boomtop. Het is gelukt, we hebben de steden achter ons gelaten.

San José de Chiquitos
Toekans

We willen vanuit San José richting San Ignacio de Velasco om een paar andere missiedorpen te bezoeken, maar moeten drie dagen wachten op de volgende bus. Aanleiding om eens naar alternatieven te zoeken en al snel komen Roboré en Santiago de Chiquitos in beeld, 150 kilometer verder westelijk en richting de Braziliaanse en Paraguaayse grens. Een schot in de roos, want vanuit Roboré wandelen we twee uur richting een waterval met meertje, afgelegen, ongerept en een heerlijke plek om een verkoelende duik te nemen. De volgende dag is het grijs en regenachtig in Roboré en rijden we naar het Santuario Mariano de la Torre in Chochis. Opgericht door de overlevenden van een treinongeluk, waarbij door de combinatie van hevige regen en het uitbarsten van een vulkaan een brug instortte ligt het complex op een bijzondere plek aan de voet van een vrijstaande rotspunt van rode zandsteen. Terug van het klooster dubbelchecken we de vertrektijd voor de trufi terug naar Robore nog even in het dorpje. We hebben nog ruim drie uur de tijd en beklimmen een uitzichtpunt om de Torre van Chochis te bekijken. Een strakblauwe hemel hadden we meer op prijs gesteld, maar de wolken rond de rotspunt zorgen voor een mooi en mysterieus plaatje. We moeten even wachten op vervoer terug naar Roboré, maar gelukkig komt er nog een trufi opdagen.

Los Totaizales
Santuario Mariano de la Torre

We rijden nog één dorpje verder naar Santiago de Chiquitos en stappen uit op een leeg en verlaten dorpsplein. De overnachtingsmogelijkheden bestaan uit een buitenproportioneel chique hotel of de schuur van de oud schooldirecteur professor Juan Moreno en zijn hond Jack. De keuze is snel gemaakt en nadat we onze rugzakken in de schuur hebben achtergelaten gaan we op de koffie bij onze vriendelijke gastheer. Juan is 87 en hoort niet meer al te best, maar we steken uiteindelijk één en ander op over Santiago de Chiquitos. Vooral het feit dat de criminaliteit rond de cocahandel het dorp nooit heeft bereikt steekt Juan niet onder stoelen of banken en de voordeur van zijn huis zit dan ook nooit op slot. Verder heeft het mooie kerkje de werelderfgoedlijst niet weten te halen, omdat een fanatieke gemeenschap de kerk sloopte en helemaal opnieuw opbouwde in plaats van restaureerde met oorspronkelijke technieken en materialen. Helaas een vrij typisch voorbeeld van hoe Bolivia met zijn cultureel erfgoed omspringt.

De schuur van Juan
Tropisch droogbos

In de omgeving van Santiago de Chiquitos zijn er een aantal watervallen, grotten en interessante rotsformaties maar we vinden geen duidelijke kaart en zijn aangewezen op de informatie die we vinden in het dorp en bij Juan. De eerste waterval vinden we na een wandeling van twee uur door de dichte jungle. We verwachten dat het pad verder loopt naar El Arco, een uitgesleten boog in de rotsen. Maar hoe hard we ook zoeken, we vinden geen pad. Er zit niks anders op dan terug te lopen en een splitsing te zoeken. We vinden inderdaad een tweede pad en gaan opzoek naar El Arco, een grot met muurtekeningen en een tweede waterval. De waterval is een klein paradijs en het uitzicht over het uitgestrekte woud is indrukwekkend. Vooral als de zon langzaam onder gaat en een gouden gloed over het eindeloze bos werpt. Diezelfde zonsondergang betekent ook dat we nog minstens een uur in het donker door de jungle lopen. Door het eerdere uitzicht bekruipt ons een apart gevoel, wetende hoe uitgestrekt en dunbevolkt dit deel van Bolivia is. Gelukkig hebben we op de heenweg een paar GPS-coördinaten opgeslagen, want een gemiste afslag zou nu grotere gevolgen hebben. Terug in het dorp is ook de keuze voor het avondeten snel gemaakt. Één van de twee eettentjes is geopend en het menu bestaat uit hamburgers. Of eigenlijk gewoon een hamburger. Met arroz of papas, rijst of friet.

El Arco
Zonsondergang over de Chiquitos

De volgende dag beklimmen we een heuvel buiten het dorp voor een nieuw uitzicht en nieuwe rotsformaties en gaan ’s middags opzoek naar Las Pozas. Een aantal uitgesleten poelen verbonden door kleine watervallen en stroomversnellingen. Perfect om af te koelen na een lange wandeldag door het benauwde woud, want we bereiken de plek pas na een wandeling van twee en een half uur. De poelen zijn zo diep uitgesleten dat we van waterval naar waterval zwemmen en springen, terug maar boven klauteren en weer naar beneden springen. Als we terug lopen zijn we het met elkaar eens dat het een perfecte beslissing was om een paar dagen de natuur op te zoeken en de drukte van de stad achter ons te laten. Vooral de watervallen diep in de jungle waren heerlijke speeltuinen en plekjes waarvan het bijna onmogelijk lijkt dat ze bestaan. Om verder naar het noorden en Bolivias Amazonegebied te kunnen reizen moeten we echter terug naar de miljoenenstad Santa Cruz. Na drie benauwde ritten in volgepropte minibusjes bereiken we Santa Cruz en kopen kaartjes voor de nachtbus naar Trinidad. We hebben nog een paar uur tijd in Santa Cruz en moeten onze indruk van de stad bijstellen. Nu het weekend voorbij is, komt de stad tot leven. We ontdekken winkeltjes, markten en gezellige straatjes en kunnen niet ontkennen dat de eerste indruk die we van Santa Cruz kregen niet ook een beetje met onze gemoedstoestand te maken had.

Las Pozas

2 thoughts on “Expreso Oriental naar de Chiquitos

Laat een reactie achter op Marjan en wiel Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *